Machines zoals grasmaaiers zijn onmisbaar in het groenvak, maar brengen ook risico's met zich mee. Juist omdat ze veel worden gebruikt, is de kans groot dat risico's niet worden gezien of onderschat en ligt letsel op de loer. Twee recente ongevallen waarbij hoveniers ernstig gewond raakten tijdens het werken met een grasmaaier, laten zien hoe belangrijk het is om alert te blijven.
Bij het eerste ongeval was een medewerker bezig met het maaien van gras. Vanwege het natte gras raakte de maaier verstopt. De medewerker zette de motor uit en wilde het gras uit de opening halen. Hij dacht dat het mes al stil stond, maar dat was niet zo. Toen hij zijn hand in de opening stak, draaide het mes nog. Zijn vingers werden geraakt, met amputatie tot gevolg.
Bij het tweede ongeval waren twee collega's bezig met het opruimen van hun spullen na het maaien. Eén van hen reed met de maaier naar de aanhanger om deze via de rijplaten omhoog te rijden. De ander wilde helpen door de maaier op te tillen. Hij dacht dat alleen de motor nog draaide, maar ook het mes bleek nog ingeschakeld. Omdat er maar één rijplaat lag, moest de maaier deels opgetild worden aan de zijkant. Op dat moment raakte het draaiende mes zijn hand waarbij enkele vingers ernstig beschadigd raakten.
Niet alleen het gedrag van de medewerker speelt hierbij een rol, maar ook de staat van het materieel en de mate waarin duidelijke afspraken en instructies aanwezig zijn. Deze incidenten bieden belangrijke leerpunten voor de hele sector.
Wat ging er mis?
Iedereen weet dat je niet met je hand bij een draaiend mes moet komen, maar hoe komt het dat dit dan toch gebeurt? Om hier meer inzicht in te krijgen, is er een ongevalsonderzoek uitgevoerd waarbij naar directe en basisoorzaken is gekeken.
Beide ongevallen zijn het gevolg van een combinatie van technische gebreken, gebrekkige instructie en menselijk gedrag:
Techniek – Onderdelen van de grasmaaier waren versleten en werkten niet meer zoals bedoeld. Hierdoor bleef de mesbeugel steken achter de duwarm en remde deze niet actief op de motor. Toen de medewerker de maaier stopzette, bleef het mes nog doordraaien, terwijl dat niet had gemogen.
Organisatie – Instructies waren mondeling, onvolledig of ontbraken geheel. Er waren geen schriftelijke werkinstructies of duidelijke afspraken over het veilig oplossen van een storing of het op- en afladen van de machine met twee rijplaten.
Gedrag – De medewerkers handelden goedbedoeld en uit routine, maar zonder te controleren of de aandrijving en de machine écht stil stond.
Wat valt hiervan leren?
Uit deze ongevallen valt veel te leren. Dit zijn de belangrijkste tips:
1. Zorg voor goed onderhoud
Laat machines regelmatig inspecteren en repareren. Slijtage aan veiligheidscomponenten zoals messenstopbeugels of koppelingen kan grote risico's opleveren. Controleer voor gebruik of alles werkt zoals zou moeten.
2. Geef duidelijke instructies
Maak per machine op basis van de gebruikershandleiding een korte en duidelijke werkinstructie. Leg stap voor stap uit wat veilig gebruik is, bijvoorbeeld bij het schoonmaken, laden en lossen of vervoeren.
3. Zorg voor goede uitleg aan medewerkers
Geef bij indiensttreding uitleg over het gebruik van machines, herhaal dit regelmatig. Bespreek ongevallen en bijna-ongevallen in toolboxen of werkoverleggen. Voorlichting moet structureel en aantoonbaar zijn.
4. Controleer of afspraken worden nageleefd
Kijk of medewerkers volgens de afspraken werken. Spreek elkaar aan bij onveilig gedrag, stimuleer elkaar om gevaarlijke situaties te melden en neem meldingen serieus.
Conclusie
Deze ongevallen laten zien dat er vaak meerdere oorzaken zijn. Door één van de oorzaken weg te nemen, wordt de kans op een ongeval al stuk kleiner. Door alle oorzaken weg te nemen, wordt de kans nul. Als bijvoorbeeld bij het tweede ongeval wel een tweede rijplaat had gelegen, was dit ongeval waarschijnlijk niet gebeurd, zelfs niet met draaiende messen.
Machines zijn pas echt veilig als ze goed onderhouden worden, gebruikers weten wat ze doen én er duidelijke afspraken zijn.
Ongevalsonderzoek
Deze ongevallen zijn volgens de Arbowet meldingsplichtig. Dit betekent dat de werkgevers hiervan melding moeten maken bij de Nederlandse Arbeidsinspectie. In de meeste gevallen wordt de werkgever dan gevraagd om een
ongevalsonderzoek en een bijbehorend verbeterplan op te stellen. De Nederlandse Arbeidsinspectie beoordeelt deze en controleert tijdens een vervolginspectie of de maatregelen zijn uitgevoerd.
Tip: Stigas biedt hoveniersbedrijven tegen gereduceerd tarief bieden bij het uitvoeren van een ongevalsonderzoek. Zie voor meer informatie:
Stigas - Ongevalsonderzoek.