​Als brancheorganisatie voor ondernemers in het groen gaat Koninklijke VHG in de aanloop naar de verkiezingen van 2025 in gesprek met Tweede Kamerleden. VHG-directeur Marc van Rosmalen vraagt hen naar hun kijk op een groene en ondernemende toekomst. Want groen is onmisbaar voor een gezond, klimaatbestendig en leefbaar Nederland. Met deze interviews willen we laten zien hoe politieke partijen denken over het belang van groen, ondernemerschap en de mensen die elke dag werken aan onze leefomgeving. Deze week: Suzanne Kröger, GroenLinks-PvdA.
​

1.       Persoonlijke motivatie

Wie bent u en wat drijft u om u politiek in te zetten, in het bijzonder voor de groene leefomgeving en de ondernemers die hierin actief zijn?

“Ik ben lid van de Tweede Kamerfractie van GroenLinks-PvdA en woordvoerder klimaat en energie. Voor mijn politieke loopbaan werkte ik jarenlang in het buitenland, onder andere in Indonesië, waar ik me inzette voor duurzame landbouw en tegen ontbossing. Terug in Nederland viel me op hoezeer we als welvarend land achterblijven op het gebied van duurzaamheid. We moeten veel meer doen om de leefomgeving te beschermen en te versterken. Iedereen geniet van natuur: het bevordert de gezondheid en brengt mensen samen. De klimaatcrisis en de achteruitgang van de biodiversiteit vragen om een stevige aanpak. Iedereen kan bijdragen, maar de overheid moet richting geven. Daar wil ik me voor inzetten."

2.       Vergroening van de leefomgeving

​Groen in de buurt, denk aan parken, schoolpleinen, daktuinen en groene wijken, heeft bewezen effect op gezondheid, welzijn en samenleven. Hoe wilt u ervoor zorgen dat vergroening van de leefomgeving een structurele plek krijgt in beleid en uitvoering, zodat iedere Nederlander hiervan profiteert?

“Nederland staat voor een grote verbouwing: we gaan van het gas af, huizen isoleren, warmtenetten aanleggen enzovoorts. Het is ongelooflijk belangrijk om in die transitie groen in de wijk meteen mee te nemen. Als de straat toch open moet voor kabels en leidingen, zorg dan dat er tegelijk groen wordt aangelegd. Dat vergroot de leefbaarheid. Gemeenten moeten daarvoor de ruimte krijgen en de middelen om stevig op vergroening in te zetten."

3.       Ondernemerschap en vakmanschap
Onze sector bestaat uit duizenden bedrijven die dagelijks werken aan een groene leefomgeving. Wat vindt u belangrijk om deze ondernemers toekomstbestendig te laten ondernemen?

“Voor veel ondernemers is de overheid een heel onzekere factor geworden met het 'zwabberbeleid' van de afgelopen jaren. Terwijl zij juist behoefte hebben aan langdurig, stabiel beleid en duidelijke kaders. Als grote opdrachtgever kan de overheid bovendien aanjager zijn van vergroening die echt duurzaam is. Daarvoor moet de overheid normen en kaders stellen. Naast de energietransitie, die ingrijpend is voor wijken, denk ik ook aan de klimaatadaptatie: wij willen naar groen-blauwe wijken. Ondernemers hebben baat bij een helder en langetermijnbeeld van wat hen te wachten staat."

4.       Arbeidsmarkt en onderwijs
​De vraag naar groenprofessionals groeit, maar het tekort aan vakmensen is groot. Hoe wilt u bijdragen aan aantrekkelijk groen onderwijs en het stimuleren van instroom in onze sector?

“Zowel voor de energietransitie als de vergroening van de leefomgeving zijn praktisch geschoolde vakmensen onmisbaar. Op dit moment leiden we er veel te weinig op. Daarom pleit GroenLinks-PvdA voor een groen banenplan, met versterking van opleidingen, meer stageplekken en mogelijkheden voor omscholing. Alleen zo krijgen we de mensen die nodig zijn om de transities waar te maken."

5.       Wet- en regelgeving en financiering
Welke kansen ziet u om wet- en regelgeving of financiële kaders zo te veranderen dat gemeenten, bedrijven en burgers structureel meer kunnen investeren in groen?

“De meerwaarde van groen wordt nog te weinig integraal bekeken. Neem een boom: die levert koelte, bespaart energie, verbetert luchtkwaliteit en draagt bij aan biodiversiteit. Toch worden die baten niet bij elkaar opgeteld. Budgetten zijn verkokerd, zowel bij gemeenten als bij het Rijk. Er is een systeemverandering nodig zodat groene baten ook economisch meetellen. Dat moet beter in beeld gebracht en doorgerekend worden om de waarde van groen in de toekomst financieel te borgen."

6.       Concrete inzet en belofte

Als u in de komende kabinetsperiode één concreet resultaat mag neerzetten voor de groene sector en haar ondernemers, wat zou dat zijn?

“Een wijkaanpak die energiearmoede tegengaat én vergroening meebrengt. Dus: huizen isoleren en straten vergroenen. Ik zie in mijn eigen omgeving wat groen doet. Ik woon in een Tuindorp in Amsterdam-Noord, 100 jaar geleden gebouwd met veel liefde voor het groen. Daar genieten mensen nog elke dag van! Die manier van wijken ontwerpen – met oog voor wat groen toevoegt in een stedelijke omgeving - mis ik nu vaak. Achter mijn huis staat een prachtige rode beuk van 100 jaar oud. Hoe mooi zou het zijn als we kunnen vastleggen dat we nu duizenden bomen planten, die over 100 jaar dezelfde betekenis hebben voor de buurt. Dat zou ik heel graag realiseren."

Volgende week spreken we met Marieke Wijen-Nass (BBB). Zo belichten wij stap voor stap de verkiezingsvisies van de verschillende partijen op groen en ondernemerschap!